Dag Drie,

Je schrijft o.a.:
In de bijbel word echt gerefereerd dat er een materialistische tempel gebouwd zou worden waar de antichrist dan in plaats neemt.

Wat jij bedoelt, is iets wat staat in 2 Thess, heel hoofdstuk 2. Daar spreekt Paulus over Gods tempel en niet een nieuwe letterlijke tempel die kort voor Jezus' wederkomst zou moeten worden of zijn gebouwd door het Joodse volk of een deel daarvan.

De teksten die ik in vorige berichten in ons gesprek over een geestelijke tempel of christelijke gemeente die Jezus aan het bouwen is (Mat. 16:13-18; Efeze 2:11-22; 1 Pet. 2:4-10), daarover gaat het ook in 2 Thess. 2 waar de mens der wetteloosheid en de afval zich in de loop der kerkgeschiedenis geleidelijk aan openbaart. De anti-christ van de 1e brief van Johannes 2:18-27 en 2 Joh. vers 7-11 is een deel van die mens der wetteloosheid, zonden en afval Het is het zaad wat door de duivel wordt gezaaid in de akker tussen het ware zaad wat Jezes, de Zoon des mwnsen, zaait. Dat is te lezen in de gelijkenis over de tarwe en het onkruid op de akker, in Mat. 13:24-30 uitgelegd door Jezus zelf in Mat. 13:36-43.

Deze afval of mens der wetteloosheid manifesteerde zich in deze wereldwijde gemeente al in het begin door te denken dat zij, deze groep afvallige en wetteloze mensen dus, maar ook individuele personen, zich van God en zijn gegeven evangelie, leer en levensopvatting, niets meer aantrekken en luidkeels door afvallige prediking en levenswijze tonen als zijnde een god die het beter weet. Bij de wederkomst zal dit alles worden opgeruimd zoals ook blijkt uit 2 Thess. 2.

Een bepaalde groep Joodse mensen en ook bepaalde christelijke mensen, geloven zoals ik schreef dat er nog een derde tempel moet worden gebouwd voordat de Joodse messias kan komen. Dat is tegen de wil van God. Zo dat wel de wil van God was, dan had deze tempel er al lang moeten staan.

Jehovah, Jezus en de geïnspireerde apostelen hebben in het NT duidelijk laten weten dat er iets totaal is veranderd en dat letterlijke heilige steden en tempels er niet meer toe doen. De aanbidding moet een geestelijke aanbidding zijn en een ware aanbidding (Joh. 4:20-24) in een geestelijke tempel, gebouwd met geestelijke levende stenen, enz. (1 Pet. 2:4-10).
=========================================

Op dit moment en altijd al heeft God het op wie dan ook laten regenen, inderdaad. Jezus zei dat in de Bergrede, maar ook zei hij in diezelfde rede dat zij eerst het koninkrijk, ook te vertalen het koningschap van God in hun leven moesten zoeken. Met andere woorden, zij moesten God hun koning laten zijn in hun leven. Daardoor zou er zegen en voorspoed zijn (Mat. 6:25-34). Maar God heeft ook een zondvloed van water uit de hemel en uit de waterbronnen der aarde over de wereld gebracht vanwege wat men deed en God terzijde schoof.

En de tegenwoordige mensenwereld wordt opgespaard voor het vuur, wat dat dan ook zou kunnen betekenen (2 Pet. hoofdstuk 3 helemaal). Het is in elk geval ook iets wat Paulus in 2 Thess. 2 benadrukt. Wij zijn niet onbekend met hoe God met mensen omgaat die hem niet gehoorzamen na gewaarschuwd te zijn op verschillende manieren.
========================================

Je schreef ook:
Net zoals RAM leg je een direct verband of dat Gods goedkeuring wel heeft. Dan vervolgens word er geconcludeerd dat de verkeerde mensen de profetie hebben doen laten uitkomen dus kan het niet van God afkomen of op Gods steun rekenen.

Jullie beslissen ineens voor God wat Hij wel en niet mag doen?

Weet je nog? De pottenmaker beslist zelf over zijn potten. In dit geval laat Jehovah ze hun gang gaan en komen er profetieeen uit.

Ik zeg alleen maar dat wat hetgeen mensen, wanneer ze gewaarschuwd zijn, toch doen wat ze zelf willen en denken te moeten doen, daarvoor rekenschap moeten afleggen op de laatste of jongste dag (Joh. 12:44-50; God is naast liefde ook een verterend vuur, Heb. 12:18-28). Hebreeën werd tot gelovigen gericht uit Israel, en ook daarmee tot de rest van de gelovigen. Ik ga dus niet op de plaats van God en Jezus staan. De bijbel geeft zowel in het OT als NT genoeg raad en geboden en verboden waardoor men kan weten wat te moeten doen of te laten, met daarbij de gevolgen.

Als God via Jezus in een geestelijke tempel heeft voorzien, en men gelooft dat niet en gaat weer een letterlijke tempel bouwen, dan is het duidelijk wat God en Jezus daarvan vinden. Daar hoeft niet naar geraden te worden, maar juist voor gewaarschuwd, anders is men medeschuldig als men van de hoed en de rand wist/weet en niet waarschuwt.

Groeten,
Elle