on 10/7/2025, 1:34:56, in reply to "Re: Hoe moet ik Jozua 21:43-45 en context en 23:14-16 en context lezen?"
Deze opsomming is interessant en min of meer bekend bij mij.
Volgens mij zit aan elk punt een consequentie die weer invloed heeft op het geheel van de punten. De opstanding der doden b.v. is verbonden met de wederkomst en het oordeel. De herbouw van een tempel doet het werk van Jezus en zijn offer geweld aan, terwijl het geïnspireerde woord zegt dat er sinds de dood en opstanding van Jezus al een tempel is, met koninklijke priesters. En zij vormen een heilige natie, een volk Gode ten eigendom.
Gaat men dan het offer van Jezus wat een eenmalige gebeurtenis was, en voldoende om alle mensen te verzoenen die deze verzoening aannamen en aannemen, ter zijde schuiven en opnieuw met dierenoffers aan de gang in die herbouwde tempel met een hogepriester en priesters die dan verzoening geven? Door deze opsomming punt voor punt, kan het NT dan de prullenmand in? Jezus riep op het kruis uit: Het is vervuld! Niet dus en moet alles opnieuw worden geprobeerd voordat de slavernij aan het verderf wordt verwijderd?
Groeten,
Elle
Previous Message
De uitroeping en oprichting van de democratische Joodse staat in 1948 in het Midden-Oosten is daarvan geen bewijs, noch een begin, doch slechts een menselijk initiatief, begrijpelijk, dat wel, maar niet door God verordend. Zou het wel door God verordend zijn dan zou tegelijk de gehele schepping herschapen zijn. Maar Jezus is nog steeds in de hemel en wacht totdat hij de opdracht krijgt naar de aarde terug te gaan voor het oordeel en het geven van het koninkrijk/koningschap wat in Mat. 25:34 en in Mat. 13:43 wordt genoemd.
Dat vetgemaakte, dat is niet wat de bijbel vertelt.
Eerst het herstel van het beloofde land.
Dan de herbouw van de tempel.
Vervolgens bijna de vernietiging van het Joodse volk en meteen het ingrijpen van Jehovah middels Jezus.
Jezus gaat dan 1000 jaar regeren.
Dan de opstanding van de doden en de oordelen.
En dan pas is de gehele schepping herschapen.
Mijn inziens is je onclusie niet correct.
19