![]()
on 28/10/2025, 19:59:43, in reply to "U bent een uitverkoren geslacht, een koninkrijk van priesters, een heilige natie."
1 Petrus 2:9 zegt inderdaad:
“Maar u bent een uitverkoren geslacht, een koninkrijk van priesters, een heilige natie...”
Elle verbindt dit terecht met gelovigen “in Christus”. Maar waar het misgaat, is dat deze tekst wordt gebruikt om te suggereren dat Israël als volk en natie nu vervangen is door “de kerk” of de “nieuwe schepping”.
Dat is niet wat Petrus bedoelt, en het grenst aan vervangingstheologie.
1️⃣ Petrus’ woorden komen rechtstreeks uit Exodus 19:5–6
“Gij zult Mij een koninkrijk van priesters en een heilig volk zijn.”
→ Dat zei YHWH tegen Israël bij de Sinaï.
Petrus citeert dus een belofte aan Israël, en past die toe op de gelovigen in Christus — Joden én heidenen — die nu delen in die roeping.
Hij zegt niet dat Israël is afgesneden, maar dat God nu ook anderen in diezelfde zegen inlijft (vergelijk Rom. 11:17-24, de olijfboom).
2️⃣ “In Christus” zijn betekent niet dat Israël ophoudt te bestaan
Galaten 3:28 (“geen Jood of Griek”) gaat over geestelijke eenheid in redding, niet over het afschaffen van onderscheiden roepingen.
Paulus erkent ook ná Pinksteren nog een toekomst voor Israël als volk:
“God heeft zijn volk niet verstoten dat Hij tevoren gekend heeft.” (Rom. 11:1-2)
Hij zegt zelfs dat de verharding van Israël tijdelijk is “totdat de volheid van de heidenen binnengaat” (Rom. 11:25). Daarna zal heel Israël behouden worden.
3️⃣ De ‘nieuwe schepping’ en de ‘heilige natie’ zijn geen vervanging, maar uitbreiding
Wie in Christus is, wordt een nieuwe schepping (2 Kor. 5:17).
Dat betekent: een vernieuwd mens, niet een nieuw volk dat het oude wegduwt.
God heeft niet twee volkeren, maar één heilsplan met onderscheiden fasen:
Eerst Israël (Aardse roeping, land, koninkrijk)
Dan de gemeente (Hemelse roeping, getuigenis van genade)
En tenslotte: herstel van Israël en de vervulling van de land- en koninkrijksbeloften.
4️⃣ De “kerk” is nu een volk uit Joden en heidenen
Ef. 2:11–22 zegt niet dat de kerk Israël vervangt, maar dat de heidenen mogen delen in het burgerschap van Israël.
Let op het woord: “mede-burgers”, niet “vervangers”.
Gods plan met Israël blijft bestaan, maar Hij heeft tijdelijk heidenen toegevoegd om Israël jaloers te maken (Rom. 11:11).
Samenvattend:
Het priesterschap van de gelovigen is een gedeelde zegen, niet een vervanging van Israël.
Wie “in Christus” is, wordt deel van Gods gezin — maar dat wist Israël als volk niet uit.
De Schrift maakt duidelijk: Gods verbond met Israël is blijvend (Jer. 31:35–37; Rom. 11:29).
Kort gezegd:
Het is niet: “óf Israël, óf de kerk.”
Het is: “eerst Israël, dan ook de volken.”
De beloften aan Israël zijn niet opgeheven, maar tijdelijk opgeschort totdat de Messias terugkeert en Zijn koninkrijk opricht in Jeruzalem.
Previous Message
Dag boarders,
Wie bedoelt Petrus hier mee?
1 Pet. 2:9 NBV 21 zegt: "Maar u bent een uitverkoren geslacht, een koninkrijk van priesters, een heilige natie, een volk dat God zich verworven heeft om de grote daden te verkondigen van Hem die u uit de duisternis heeft geroepen naar zijn wonderbaarlijke licht".
Zijn er twee van zulke naties, het Israel van 1948/het Jodendom apart en de nieuwe schepping apart , de nieuwe schepping waar Paulus het over heeft in Efeze 2:15 en in 2 Kor. 5:14-19?
Wie "in Christus is, is een nieuwe schepping". Dit volgens Paulus in 2 Kor. 5:14-19.
Als we dit serieus nemen, dan gaat het niet meer over het gegeven of men wel of geen Jood of Griek is of wil zijn. Voor God bestaat dit verschil niet meer voor hen die "in Christus" zijn gedoopt/overgezet (Gal. 3:26-29).
Mensen die zelf NIET "in Christus" zijn, maken dit verschil wél, of ze nou wel of geen Jood zijn. Zij leven kennelijk nog in het verleden, in een oud-testamentisch theologische gedachtengang. God heeft door Jezus dit verschil opgeheven, uitgeveegd, en allen, de mensenwereld dus, verzoend.
Het enige probleem is dat wanneer men die verzoening niet aanneemt, of geheel afwijst, men niet verzoend is of kan worden, want dat moet gebeuren voordat Christus terug komt voordat het oordeel, anders gezegd wanneer de oogst van het onkruid en de tarwe begint..... (Mat. 13:36-43).
Daarom moeten degenen die door God uit de duisternis zijn geroepen, zich dus inzetten en Gods grote daden die God via Christus heeft verricht, verkondigen, zodat men beseft wat er, wil men gered worden, moet doen om die redding te ontvangen. God heeft zich nl. "in Christus" geopenbaard (Joh. 14:8-14; 1 Tim. 2:5; 3:16).
BTW, men deelt als erfgenamen nl. pas in de vervulling van de beloften aan Abraham wanneer men "in Christus" (de zoon en het zaad van Abraham) is.......
Groet,
Elle
================================================================================================
Efeze 2:11-22
De eenheid der gemeente
11 Bedenkt daarom dat gij, die vroeger heidenen waart naar het vlees, en onbesneden genoemd werdt door de zogenaamde besnijdenis, die werk van mensenhanden aan het vlees is, 12 dat gij te dien tijde zonder Christus waart, uitgesloten van het burgerrecht Israëls en vreemd aan de verbonden der belofte, zonder hoop en zonder God in de wereld. 13 Maar thans in Christus Jezus zijt gij, die eertijds veraf waart, dichtbij gekomen door het bloed van Christus.
14 Want Hij is onze vrede, die de twee één heeft gemaakt en de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, 15 doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden, in inzettingen bestaande, buiten werking gesteld heeft, om in Zichzelf, vrede makende, de twee tot één nieuwe mens te scheppen, 16 en de twee, tot één lichaam verbonden, weder met God te verzoenen door het kruis, waaraan Hij de vijandschap gedood heeft. 17 En bij zijn komst heeft Hij vrede verkondigd aan u, die veraf waart, en vrede aan hen, die dichtbij waren;
18 want door Hem hebben wij beiden in één Geest de toegang tot de Vader. 19 Zo zijt gij dan geen vreemdelingen en bijwoners meer, maar medeburgers der heiligen en huisgenoten Gods, 20 gebouwd op het fundament van de apostelen en profeten, terwijl Christus Jezus zelf de hoeksteen is. 21 In Hem wast elk bouwwerk, goed ineensluitend, op tot een tempel, heilig in de Here, 22in wie ook gij mede gebouwd wordt tot een woonstede Gods in de Geest.
2 Kor. 5:14-19.
14 Want de liefde van Christus dringt ons, 15 daar wij tot het inzicht gekomen zijn, dat één voor allen gestorven is. Dus zijn zij allen gestorven. En voor allen is Hij gestorven, opdat zij, die leven, niet meer voor zichzelf zouden leven, maar voor Hem, die voor hen gestorven is en opgewekt.
16 Zo kennen wij dan van nu aan niemand naar het vlees. Indien wij al Christus naar het vlees gekend hebben, thans niet meer. 17 Zo is dan wie in Christus is een nieuwe schepping; het oude is voorbijgegaan, zie, het nieuwe is gekomen. 18 En dit alles is uit God, die door Christus ons met Zich verzoend heeft en ons de bediening der verzoening gegeven heeft, 19 welke immers hierin bestaat, dat God in Christus de wereld met Zichzelf verzoenende was, door hun hun overtredingen niet toe te rekenen, en dat Hij ons het woord der verzoening heeft toevertrouwd.
30