Kijk, je begrijpt het wel, maar het dubbeltje heeft de bodem nog niet bereikt.

God is de eigenaar. Alle Joden zijn pachters.
Onderling kunnen pachters het door hen gepachtte aan elkaar verkopen, "maar" er "moet" altijd een mogelijkheid zijn voor de originele pachter zijn land weer terug te kopen.

Dat is de boodschap uit die tekst.

Dat jij dat in deze moderne tijd doortrekt naar de VN en hun malafide praktijken doet daar niks aan af. Daar heeft die tekst niks mee van doen. Die tekst werd, wat? 3000 jaar geleden opgeschreven voor de Joden opdat zij onderling wisten wat de wetten waren met betrekking tot het land waar ze mochten wonen van God.