on 26/8/2025, 22:50:45, in reply to "Re: Mijn gedachten over het goede nieuws van het koninkrijk/koningschap."
Basileia heeft meerdere betekenissen, dat moet men wel willen verstaan/begrijpen, hoewel het soms moeilijk is om het juiste vertaalwoord te vinden en gebruiken voor een bepaalde passage. Nuanceren is een kunst die niet iedereen bezit...... ik soms ook niet, net als jou..... Zie Strong basileia, nr. 932. waar als eerste betekenis staat:
1. koninklijke macht, koningschap, heerschappij.
1a. niet te verwarren met een feitelijk koninkrijk, maar veeleer het recht of de volmacht om over een koninkrijk te regeren.
1b. de koninklijke macht van Jezus als de overwinnende Messias.
1c. de koninklijke macht en waardigheid verleend aan gelovigen in het koninkrijk van de Messias.
2. een koninkrijk, het gebied onderworpen aan de heerschappij van een koning.
3. in het NT gebruikt om het rijk van de Messias aan te duiden.
Bron: Importantia Studiebijbel. Grieks-Nederlands Lexicon op basis van Strong-coderingen.
Het woordje 'basileia' in Hand. 1:6 kan m.i. bij de apostelen kennelijk zowel om een land of gebied gaan waar een koning over heerst, als over een land zelf (b.v. de vervulling van de beloften aan Abraham of dat het koningschap wordt hersteld over de mensenwereld doordat God de erfgenamen hun erfdeel geeft, of over de schepping op aarde). Dat gebied was er al, alleen werd het door de Romeinen overheerst.
Zij wilden misschien net als de andere Joden het liefst de Romeinen weg hebben en dat Jezus dat zou waarwaken, en dan Jezus als koning hebben naar mijn mening. Het land Israel was geen basileia of koning, maar had ooit koningen en was toen een koninkrijk, dus waarover een koning het koningschap uitoefende.
En het gaat m.i. dus in Hand. 1:6 over een persoon die koning wordt, iemand die het koningschap krijgt en dan dat koningschap uitoefent. Maar Jezus oefent al sinds zijn troonsbestijging koninklijke heerschappij uit als koning over een koninkrijk met onderdanen die een koninklijk priesterschap vormen. Zij zijn mede-koningen en priesters (Kol. 1:13-14; 1 Pet. 2:9; Op. 1:6). Hij heeft zelfs het koningschap over de mensenwereld (Mat. 28:18-20).
En hij zegt tot de engelen in Mat. 13:36-43 dat deze engelen het onkruid UIT ZIJN KONINKRIJK of van onder zijn koningschap moeten verwijderen (Mat. 13:41) en dat de rechtvaardigen zullen stralen in het koninkrijk van HUN Vader, het koninkrijk of de heerschappij welke sedert de grondlegging der mensenwereld voor hen was bereid, en wat ze bij het oordeel zullen ontvangen, de heerschappij die Adam en Eva was ontnomen bij de zondeval (Mat. 25:34; Gen. 1:26-28).
=================================================================================
Wat Hosea 6:2 betreft, jij kunt wel willen dat deze tekst de dagen als 1000 jaren bedoelt, en zo kan men een wensdroom in het hoofd realiseren. Maar die wensdroom moet eerst nog uitkomen, als het werkelijk zo bedoeld is zoals jij denkt/zegt.
Het commentaar van de Studiebijbel van Centrum voor Bijbelonderzoek zegt het volgende over Hosea 6:2
Na aankondigingen van het komende oordeel (Hos.5:8-14) roept de profeet het volk op tot bekering. De Israëlieten willen zich bekeren en zij stellen hun vertrouwen op Gods verbondstrouw. De HERE geeft hierbij echter aan dat hun toewijding onvoldoende is en dat verbondstrouw en persoonlijke kennis van Hem nodig zijn (zie vs.6). Paulus werkt deze boodschap in het NT theologisch uit en stelt dat alle mensen volstrekt tekort schieten tegenover God (Rom.3:9-20); het is niet alleen een tekort van Israël maar ook een universele antropologische waarheid. Alleen Christus liet zuivere toewijding zien.
Hos.6 kan christologisch gelezen worden waarbij Jezus Christus de weg van het volk vervulde: Hij stierf en werd op de derde dag opgewekt, zoals in Hos.6:2 gesteld wordt dat het volk na drie dagen zal herleven. 1Kor.15:4 stelt dat de opstanding op de derde dag plaatsvond overeenkomstig de Schriften, wat een verwijzing naar Hos.6:2 kan zijn. Het NT maakt ook een vergelijking met Jona in de vis die ook na drie dagen en nachten als het ware weer opstond uit de dood. Door Jezus’ dood en opstanding werd het nieuwe verbond van kracht, zodat er een heilrijke toekomst voor Israël en de volken mogelijk werd. Jezus is vaker een beeld en representant van Israël, bijvoorbeeld in de profetieën over de Knecht in Jesaja.
Er zijn echte/ware profeten en valse profeten geweest. Voor jouzelf zou het goed zijn niet een valse profeet te zijn, zoals de JG wel zijn. We wachten september en oktober 2025 af. Dan zal blijken of jij een ware/echte profeet of een bedrieglijke profeet bent.
Deut. 18:20-22 is zeer verhelderend over profeten, waar staat: 20Maar een profeet, die overmoedig genoeg is om in mijn naam een woord te spreken, dat Ik hem niet gebood te spreken, of die in de naam van andere goden spreekt – die profeet zal sterven.
21Wanneer gij nu bij uzelf mocht zeggen: Hoe onderkennen wij het woord dat de Here niet gesproken heeft? – 22als een profeet spreekt in de naam des Heren en zijn woord wordt niet vervuld en komt niet uit, dan is dit een woord, dat de Here niet gesproken heeft; in overmoed heeft de profeet het gesproken, gij zult voor hem niet vrezen.
Groeten,
Elle Previous Message
Previous Message
Hoi Distazo,
Hoi Elle, en deze vraag is dus heel essentieel. Jezus beantwoordt die vraag zelf, en niet alleen hij, het staat zelfs voorspeld in het OT.
Mattheüs 23:37–39 – bij het klaaglied over Jeruzalem zegt Hij: "Jeruzalem, Jeruzalem, ... zie, uw huis wordt aan u overgelaten. Want Ik zeg u: gij zult Mij van nu aan geenszins zien, totdat gij zeggen zult: Gezegend Hij, die komt in de naam des Heren."
Jij hebt reeds eerder gezegd, wat in mijn opinie een verkeerde uitleg is, alsof Jezus profetie in zijn EIGEN leven was voltooid. Dat is iets typisch wat een preterist zou zeggen
Het is altijd belangrijk jezelf af te vragen: Tegen wie sprak hij deze woorden en wanneer? In Mat. 23:37-39 zegt hij dat tot de schriftgeleerden en de Farizeeën zoals in de context naar voren komt in het 7-voudig "wee u", waarvan dit een onderdeel is, zie Mat. 23:37-39 en context. De discipelen waren ook onder het gehoor, anders kon het niet opgetekend worden in Mattheus en Lukas.
Hoi Elle, je bekende 'het gaat om koningschap, niet om een koninkrijk, wat je vaak eerder schreef, is ernstig ontkracht door Handelingen 1:6, dit heb ik vele malen aangehaald, de leerlingen, de joden verwahctten een letterlijk koninkrijk, niet een figuurlijk iets in het hart. In plaats dat Jezus dit ontkent, zegt hij 'dat het niet de tijd was voor hen deze kennis te hebben'.
Dus, wanneer Jezus sprak over malkuta, in het hebreeuws uiteraard, dan ging het om het letterlijke koninkrijk, waarvan Jezus de koning was die in hun MIDDEN stond. Previous Message
In Lukas 13:31-35 komen er Farizeeën bij hem om hem kennelijk te waarschuwen voor de moordplannen van Herodes, waar hij dezelfde woorden gebruikt als in Mat. 23:37-39. Jezus zegt tot de Farizeeën dat hij naar Jeruzalem gaat om te sterven als profeet want het gaat niet aan dat een profeet buiten Jeruzalem omkomt (Luk. 13:33).
In Lukas 19:28-44 zien we dezelfde woorden waar hij op een veulen zijn intocht in Jeruzalem maakt. Onder de discipelen bevinden zich ook enige Farizeeën die tot Jezus zeiden: Meester, bestraf uw discipelen,en hij zegt tot hen dat als zij zouden zwijgen, de stenen zouden roepen. Dat was nog terwijl hij nog niet in Jeruzalem was.
Maar toen hij nog dichter bij de stad kwam , weende hij over haar en zou zo graag willen dat de inwoners van de stad zouden begrijpen wat tot vrede dient, want er zouden verschrikkelijke dingen met de stad gebeuren en haar tempel omdat ze niet de tijd hadden begrepen dat God door Jezus te zenden, naar hen omzag. Met andere woorden, als zij Jezus hadden aanvaard dan zouden zij vrede met God hebben, maar omdat dat niet gebeurd was, zou het vreselijk worden voor de stad en haar inwoners.
En dat is dan ook gebeurd met de stad en de tempel in 70 GT. Het Huis van God, de tempel, werd aan henzelf overgelaten en zou feitelijk geen functie meer hebben in de aanbidding van God. God had de stad en tempel verlaten, hetgeen ook bleek uit het van boven af scheuren van het voorhangsel van de tempel bij Jezus' dood. Van toen af aan was het een schertsvertoning geworden. Ze kregen nog tijd om zich te bekeren door de prediking van de apostelen in Jeruzalem, Judea en Samaria en tot de einden der aarde.(Hand. 1:8).
Jezus' eigen prediking tot Israel en de prediking van de apostelen voordat Jeruzalem en haar tempel werden verwoest was een teken van het feit dat God nog naar hen omzag, hen wou redden uit dat kromme geslacht (Hand. 2:40 en context, de prediking van Petrus en de andere apostelen op de Pinksterdag). Het verschrikkelijke zou aan de stad en tempel gebeuren binnen dat geslacht waarin Jezus leefde en gepredikt had.
Een preterist gelooft dat Jezus in 70 GT al teruggekomen is, maar dat geloof ik niet. Ik ben wel min of meer een partial preterist, en wel omdat NIET alles wat Jezus had voorzegd, ook in zijn tijd zou gebeuren. Mat.24 spreekt m.i. over minstens vier zaken min of meer door elkaar heen geschreven, nl. zaken over het Jeruzalem van zijn tijd, en dat hij zou sterven en worden opgewekt door God, en zaken die gaan over zijn komst van de aarde naar de hemel toe, en zaken over zijn wederkomst.
Waarschijnlijk wil jij mij laten zien dat Mat. 23:37-39 slaat op Jezus' wederkomst waarbij Israel dan hem zou verwelkomen met hetgeen hij zei in Mattheus en Lukas in de schriftgedeelten die ik aanhaal: "Gezegend Hij die komt in de naam des Heren". dat is nl. inbepaalde evangelische en pinkstergroepen de gedachte. Aan "gij zult mij niet meer zien totdat gij zegt: Gezegend enz. daar wordt meer van gemaakt dan wat het m.i. betekent. In feite zei Jezus min of meer dat ze hem nog wel zouden zien voordat hij gedood zou worden, hetgeen m.i. ook blijkt uit de door mij aangehaalde teksten. Uiteraard kan jij dat anders zien .
Uiteraard, Romeinen 11 is hier de grote steun, Israel zal VOLLEDIG hersteld worden, Paulus zegt het, tenzij een christen Paulus verwerpt of knipt met een schaartje.
Inderdaad wordt in Rom. 11:12 en in vers 25 over de volheid van Israel en over de volheid der heidenen gesproken. Als 'volheid' in absolute zin 'allen' of 'volledig' betekent, dan worden dus ook alle heidenen gered. Maar Paulus haalt in Rom. 9:27-28 hetgeen in Jesaja 10:21-23 staat, nl. dat "Al was het getal der kinderen Israels als het zand der zee, het overschot zal behouden worden, want wat Hij gesproken heeft, zal de Here doen op de aarde, volledig en snel".
Dat overschot of overblijfsel is het in Jezus gelovende ware overblijfsel van Israel, net als dat de volheid der heidenen de ware in Jezus gelovende overschot uit de volken is, hetgeen ook blijkt uit wat er verder nog in Rom. 9-11 wordt gezegd over zowel Israel als over de volken, een deel Israel weggebroken en eventueel teruggeënt werden op de gekweekte olijfboom, en van de volken (de wilde olijfboom) geënt zouden worden op de gekweekte olijfboom, die de beloften aan Abraham zouden ontvangen uit het geloof en door het geloof, dat vervuld zou worden in het Abrahamitisch verbond waar zowel gelovigen uit Israel als uit de volken kinderen van Abraham zijn vanwege hun geloof (Rom. 4 geheel).
Hosea 6:2 en Lukas 13:32 gaan niet over hetzelfde en je kunt daar geen profetie van één dag is duizend jaar opplakken, en dat daarmee 2000 jaar na Jezus dood en opstanding Israel zich zou bekeren. Zo ja, dan zou Jezus ook 2000 jaar boze geesten uitdrijven en genezingen verrichten en dan op de derde dag gereed zijn om nogmaals te sterven......
Ik schreef niet dat het over HETZELFDE ging. Volgens de kerkvaders wel, maar ik maak juist de uitleg dat Hosea 6:2 over ISRAEL gaat. Israel wordt verworpen en vernietigd. Maar zal worden hersteld na 2 dagen. Dat is wat het zegt.
Er zijn heel vele argumenten die uitkomen op het JAAR 2032. Ook de Essenen komen uit op dit jaar.
Nogmaals, de video, die niemand kijkt, geeft deze argumenten.
?t=1261 Previous Message
Wel zou het zo kunnen zijn dat zij die hem hebben doorstoken, dan samen met alle stammen der aarde of land over hem weeklagen (Op. 1:7), hetgeen b.v. in Mat. 8:11-12 en context en Lukas 13:28-29 en context wordt besproken waar degenen die zich niet hebben bekeerd tot Jezus, zowel Abraham, Isaak en Jakob en al de profeten en mensen uit oost, west, noord en zuid (heiden-gelovigen) te zien zijn en die aanliggen in het koninkrijk Gods.
En ze zien en merken dan ook dat de aanvankelijke kinderen van het koninkrijk zelf door ongeloof eruit zijn geworpen in de buitenste duisternis en daar jammeren en weeklagen. Dat komt ook overeen met wat in Rom. 11 over de gekweekte olijfbom en de wilde olijfboom wordt gezegd, nl. dat er takken worden afgebroken van de gekweekte olijfboom, eventueel teruggeënt bij geloof tonen in de tijd waarin dat nog mogelijk is, en dat er takken worden geënt van de wilde olijfboom uit de volken die tot geloof zijn gekomen.
Goed, ieder zijn gedachten voor wat ze waard en voldoende onderbouwd zijn..... .
Groeten,
Elle Previous Message
Romeinen 11 bevestigt het herstel van Israël op drie manieren:
Hun struikeling is tijdelijk – niet een definitief verwerpen.
Hun volheid komt nog – een toekomstig herstel, dat Paulus grootser acht dan de huidige bekering van heidenen.
Heel Israël zal zalig worden – Paulus ziet een eschatologisch moment waarin God zijn volk terugbrengt.
15