Hoi Elle,

De ouderling waar we in 1984 studie
van kregen heette Martin Meulman.

Van 1982 tot 1984 hadden we van een echtpaar studie.

Martin Meulman vertelde dat hij in zijn jeugd altijd
tegen zijn JG ouders zei:
"Gods Koninkrijk komt nog wel een keer".

Hij bedoelde dat hij er in zijn jeugd nog geen tijd
voor had.

Toen hij zijn vrouw kreeg en zij wel met het
geloof verder wilde,
rederneerde hij, dat als het dan toch moet,
hij de leiding zelf neemt.

Dat vertelde hij ons af en toe in zijn verhalen na 1984.

Ik weet nog goed dat op 7 of 8 augustus 1981,
Vera in de auto letterlijk zei dat ze ermee door wilde gaan.

Met het geloof.

Paar maanden erna besloten we dat zij naar de vergadering zou gaan.

En ik zou met krachttraining verder gaan.

Die eerste avond onder een halterstang en Vera
op de vergadering, dacht ik:

"Dit wordt niks".

Of ik kap met haar of ik ga met haar mee.

Die zaterdag ben ik mee gegaan naar de vergadering.

Martin Meulman hield de Openbare Lezing.

Over het huwelijk en gezin.

Zo dacht ik er ook over.

Vanaf toen nam ik het voortouw.

Niet qua vergaderingen.

Dat vond ik vaak te veel stilzitten.

Maar ik ging uitzoeken hoe het in elkaar zat.

Daarin nam ik het voortouw.

Die indruk heb ik bij jou en Hennie ook.

Je bent niet op je lauweren gaan rusten,
na jullie vertrek

Het valt mij wel op dat vrouwen vaak een belangrijke rol spelen.

Een soort hefboom functie.

Het gaat met hun erbij ineens sneller,
of het echte keerpunt.

Misschien is het slap gelul.

Maar zoiets bedoel ik.