Symbool van bloed is gewelddadig
"Zien lijden is weldadig, anderen doen lijden nog weldadiger -dat is een harde uitspraak maar niettemin een oud, machtig, menselijk, al te menselijk axioma, dat trouwens ook al door de apen zou zijn onderschreven: want men zegt dat zij in het verzinnen van bizarre wreedheden de mens al rijkelijk aankondigen en als het ware voorspelen. Zonder wreedheden geen feest: dat leert ons de oude lange geschiedenis van de mens - en ook de straf heeft voor de mens zoveel feestelijks!" (Nietzsche, Genealogie van de moraal).
Met deze uitspraak komen we op het ziekelijke van de traditionele godsdiensten. Was het maar waar dat we hier slechts met de ziekte van de mens te doen hadden, en dat de godsdienst ons iets geheel anders, veel beters, zou aanbieden! Dan zou er voor de mens nog een mogelijkheid zijn dat men geleidelijk op een hoger niveau zou komen. Dan zou men zich nog kunnen voorstellen dat er van Godswege nog hoop zou zijn. Maar dit bloedvloeien is juist de kern van alle godsdienst! Met name de kern van de christelijke godsdienst: zij leert ons dat God zelf bloed wil zien! Anders gezegd, het waandenkbeeld van een persoonlijke God die bloed eist (om verzoening tot stand te brengen) is het middel met behulp waarvan de mens zijn eigen diepgewortelde brute natuur camoufleert en slinks omzet in iets waarvoor hij zich niet behoeft te schamen. De christelijke godsdienst is het zware anker verbonden aan het schip mensheid dat de naam 'Brute Savage' draagt.
Het christelijk geloof is in essentie gelijk aan alle oude heidense religies die aan bloedoffers deden. Het is slechts een psychische omzetting van oeroude barbaarsheid, gruwelijkheid en waanzin van de mens, tot iets wat een graadje hoger ontwikkeld mens -dus iemand uit de ijzertijd- acceptabel, zelfs verheven en groots kan noemen. Anders gezegd, men heeft het schip 'Brute Savage' een onderhoudsbeurt gegeven die slechts bestaat uit een glimmende laklaag. De christelijke religie doet dit op drie geraffineerde manieren. Ten eerste worden de oude praktijken verbeterd door het bloedoffer te concentreren tot één geval. Zodoende wordt het een stuk klinischer, hoeven we het niet meer letterlijk tot in het oneindige te herhalen (zoals het eindeloos offeren van dieren in het Oude Testament, of het herhalen van mensenoffers zoals in nog oudere tijden). Het barbaarse van dit ene bloedoffer wordt vervolgens zoveel mogelijk verdoezeld met behulp van taalgegoochel, namelijk door zoveel mogelijk de gedachte te mijden dat het een bloedoffer ten behoeve van de godheid was, maar in plaats daarvan zich te concentreren op het het effect dat het offer heeft voor de gelovige mens: de 'verzoening', de 'vergeving der zonden', 'vriendschap met God', 'verlossing', het 'eeuwige leven' dat erdoor verkregen wordt, -allemaal heerlijke zaken die een mens wel kan waarderen. Tenslotte wordt de schuld van het bloedoffer zoveel mogelijk in de schoenen van de mens geduwd. Het is één van de meesterlijke gedachtenkronkels van de religie dat men zowél de achterliggende theologische gedachte predikt dat het een godgewild, door God vereist bloedoffer was -een volkomen onschuldig persoon, het enige offer dat voor God echte waarde zou hebben, moest geofferd worden ter verzoening, en Jezus bood zich vrijwillig aan als slachtoffer- als tezelfdertijd óók predikt dat de mens schuldig is het onschuldige te offeren aan God, alsof God het eigenlijk helemaal niet gewild had. De eerste redenatie dient om de theologie benen te geven waarop het staat, de tweede redenering om het afschuwelijke ervan weer te verdonkeremanen.
Genomen uit:
http://www.kolumbus.fi/volwassengeloof/waaromgeenchristen.htm
17
Responses