Dag Leprechaun,

Lees a.u.b ook de schriftplaatsen erbij!

Ik denk dat er eerst nog de aanval van Gog en Magog op de geliefde stad en de legerplaats der heiligen van Op. 20:7-10, anders gezegd de aanval op het ware christendom, vlak voor de komst van Jezus, moet gebeuren, waarbij de satan in de tweede dood wordt geworpen.

Hij is dus de vóórlaatste vijand, want de laatste vijand zijn immers de dood en het dodenrijk die door de opstanding van alle doden leeg wordt gemaakt en dus a.h.w. vernietigd is samen met de kracht die zij a.h.w. hadden als gepersonifieerde "machten".

Bij de wederkomst wordt duidelijk wie de tarwe en het onkruid zijn, tevens de vervulling van 2 Thes. 2 waar er over de afval wordt gesproken die dan zo duidelijk te zien is dat men min of meer de afvalligen kan aanwijzen.

Toch is de oogst van beide groepen, het tarwe en het onkruid, een werk en een zaak van de engelen van Jezus, hetgeen meerdere malen in het NT naar voren komt, en dat is bij het oordeel op de laatste dag, de oordeelsdag, dan ook het geval in Mat. 25:31-46 met de scheiding van de schapen en de bokken, en in Mat. 13:24-30 en 36-43 met de tarwe en het onkruid, en in Mat. 13:47-50 met de scheiding van de goede en de slechte vissen uit het sleepnet, en in Mat. 24:29-31 bij de wederkomst de uitverkorenen uit de vier windstreken, waardoor het hier niet slechts kan gaan over 70 GT met de verwoesting van Jeruzalem.

De goeden ontvangen het koninkrijk/koningschap wat sedert de grondlegging van de mensenwereld voor de goeden was bereid, uit de handen van God de Vader (Mat. 25:34; Mat. 13:43; Mat. 26:29; Mat. 5:3 en 5), en de anderen niet.

Het bovengenoemde koningschap over de hemel en aarde en de mensenwereld wat bij Jezus berust vanaf het tijdstip dat Jezus z'n koningschap/koninkrijk wat hij ontving na z'n dood en opstanding (Mat. 28:18), wordt bij de wederkomst na het oordeel teruggegeven aan God de Vader opdat God zij alles in allen (1 Kor. 15:23-28).

Jezus ontving het Melchizedekiaansche koning-hogepriesterschap dus volgens Mat. 28:18 wat beloofd was aan Jezus in Ps. 110 en o.a. besproken wordt in 1 Kor. 15:23-28.
DAT wordt teruggegeven aan God de Vader opdat God zij alles in allen.

De rechtvaardigen ontvangen bij het oordeel en bij het ontvangen van eeuwig leven dan tevens het koningschap wat voor hen bereid is sedert de grondlegging der mensenwereld (Mat. 25:34).

Dat is de heerschappij over de schepping op aarde die eerst aan Adam en Eva was beloofd in Gen. 1:26-28 maar wat ze verloren. Het wordt aan de rechtvaardigen gegeven, die als het ware de opvolgers van Adam en Eva zijn die de heerschappij over de schepping op aarde verloren toen ze uit het paradijs werden verdreven en de aarde/het land wat bebouwd moest worden, tevens vervloekt was vanwege hun overtreding en zonde.

Je ziet dat het weer niet in twee woorden gezegd kan worden .

Ik hoop dat je het je eigen kan maken, na onderzocht te hebben of het wel klopt .

Groetjes,
Elle